Het verhaal van de Romeinse soldaat

Lukas 7. 1 – 11

(Bron: www.debijbel.nl/bijbelbasics, aangepast door H. Delameillieure)

Introductie

Bidden met de kinderen.

Wij danken U, God,
voor deze nieuwe morgen;
wij danken u
voor de rust van de nacht zonder zorgen,
voor gezondheid, liefde en vrienden
die U ons schenkt.
Wij danken u voor alles
wat uw goedheid ons brengt.
God in de hemel,
wij danken U.

Verhaal

Het verhaal dat we vandaag zullen lezen gaat over een soldaat.

  1. Vragen aan de kinderen als ze weten wat een soldaat is … hoe ziet een soldaat er uit enz.
  2. Toon het plaatje (in bijlage) en stel de kinderen enkele vragen, b.v. hoe weten wij dat hij een soldaat is? (Antw: helm en zwaard); waarom denk jij dat een man op en bed ligt? Enz

Het verhaal

Claudius heeft al vier nachten niet geslapen. Hij zit naast het bed van Ovid, zijn slaaf. Ovid is heel ziek. Claudius maakt zich veel zorgen om hem, want Ovid werkt al heel lang voor zijn familie. Toen Claudius een klein jongetje was, paste Ovid al op hem. Ook nu Claudius volwassen is, en een belangrijke Romeinse soldaat, kan hij niet zonder Ovid; Claudius houdt heel veel van hem. En nu is Ovid ziek. Claudius is bang dat hij misschien doodgaat.

Claudius kijkt verdrietig uit het raam. Komt Jezus er al aan? Hij hoopt zo dat Jezus Ovid beter kan maken! De mensen zeggen dat Jezus door God gestuurd is en dat hij wonderen kan doen. Vanmorgen heeft Claudius een paar Joodse leiders op pad gestuurd om Jezus te halen. Die leiders wilden Claudius graag helpen, want Claudius heeft een synagoge voor hun God laten bouwen. Claudius kan bijna niet wachten…

Maar dan schudt hij zijn hoofd. Wat denkt hij eigenlijk wel niet? Hij hoort niet bij het volk van Jezus, de Joden. Hij is een Romein. Volgens de wet mogen Joden niet eens in Romeinse huizen komen. Wat heeft hij gedaan?

‘Wat is er, Claudius?’ zeggen zijn vrienden. ‘Ik had Jezus niet moeten laten halen.’

‘Hoezo?’

‘Ik ben als officier de baas over wel tachtig soldaten. Als ik tegen een soldaat zeg ‘Ga,’ dan gaat hij, en als ik tegen een slaaf ‘Doe dit,’ zeg, dan doet hij het meteen.’ ‘Ja, en?’ ‘Nou, als die Jezus is wie ze zeggen dat hij is, dan hoeft hij helemaal niet in dit huis te komen om Ovid beter te maken. Zelfs als hij ver weg is, kan hij hem beter maken. Hij hoeft alleen maar “Ga weg!” tegen de ziekte zeggen en Ovid zal weer beter worden. Ik ben het niet waard dat hij in dit huis komt.’

‘Weet je het zeker, Claudius?’

‘Ja, ga dat tegen hem zeggen,’ antwoordt hij zijn vrienden.

Claudius wacht. Hij wacht naast het bed van Ovid. Maar hij is ook moe, zo moe. Langzaam zakt hij onderuit in zijn stoel en valt in slaap.

‘Claudius?’ Claudius schrikt overeind. Wie was dat? Is Jezus toch gekomen? Nee, er is niemand in de kamer behalve…

‘Ovid!’ Kijk nou! Ovid zit recht overeind in zijn bed! Hij glimlacht naar Claudius. Hij ziet er helemaal niet meer ziek uit. Jezus heeft hem echt beter gemaakt! Achter zich hoort hij zijn vrienden binnenkomen.

‘Claudius, Jezus zei dat jij het grootste geloof hebt dat hij in heel Israël heeft gezien!’ ‘En je had gelijk: Jezus kon Ovid beter maken zonder in dit huis te komen!’ Voor even is hij de gelukkigste Romein ter wereld!

Vragen over het verhaal:

  1. Vind je Claudius aardig? Waarom?
  2. Waarover heeft Claudius de macht? En waarover heeft Jezus de macht?
  3. Waaraan merk je dat Claudius in Jezus gelooft?
  4. Hoe zou Ovid, de slaaf, zich hebben gevoeld toen hij ineens beter werd?

Gebedsmoment

Kennen wij mensen die ziek zijn, waarvoor kunnen bidden?

Schrijf een paar namen op een blad, of toon een foto van de persoon.

Moedig de kinderen aan om een gebed uit te spreken.

Zangmoment

Hij is machtig, hij is krachtig: https://www.youtube.com/watch?v=XwxSGhJZT3A

Mijn God is zo groot, zo groot en zo machtig: https://www.youtube.com/watch?v=od30rGVag2U

Knutselwerkje

Jeugdweekend 2019

Vorig weekend hadden we samen met de jeugd van de gemeenten in Gistel, Ichtegem en De Panne onze jaarlijkse gezamenlijke jeugduitstap.

We trokken voor drie dagen naar het pittoreske Paliseul in Luxemburg en mochten er, in een typisch huisje uit die buurt, een meer dan geslaagd weekend beleven.

Een aantal activiteiten zoals een kajaktocht, dropping, trektochten en spelmomenten werden afgewisseld met momenten waar we als jonge mensen stilstonden bij vragen die kenmerkend zijn voor het leven als jonge gelovigen.Naast een aantal groepsgesprekken konden we dit doen d.m.v. een individuele ochtendwandeling, waarbij iedereen afzonderlijk in de ochtenddauw een plaatsje ging zoeken in het dorp en daar stilstond bij een aantal teksten en vragen over het geloof. ‘s Avonds was er tijd om meningen en persoonlijke verhalen te delen a.d.h.v. een ingekleed vragenspel.

Een gezegend weekend mochten we dit jaar opnieuw beleven, waar we dankbaar voor zijn. We zien al uit naar het volgende weekend!

 

 – Nick Vermeirsch

 

Vacature kerkelijk werker

De Evangelische Kerk De Pottenbakker is een diverse gemeenschap met leden en bezoekers van alle leeftijden en met verschillende culturele achtergronden. Onze gemeenschap is lid van de Vrije Evangelische Gemeenten (VEG). Ons doel is om mensen te bereiken met de liefde van God in Christus door christenen aan te moedigen en toe te rusten om hun geloof te delen in hun dagelijks leven.

Wij zoeken vanaf 1 september 2018 een gemotiveerde deeltijdse kerkelijk werker (21 uur) die zich kan inzetten op verschillende manieren voor de kerk. Deze persoon zou deel worden van het huidige leiderschapsteam van oudsten en diakenen. Er is ruimte om de bediening aan te passen volgens de gaven en de roeping van de persoon. Dit is een bediening met een loon.

Interesse ? Stuur uw sollicitatiebrief met CV op naar raad@depottenbakker.be

De kerk heeft dringend Timotheüs-en nodig!

Timotheüs werd door de apostel Paulus beschouwd als zijn echte zoon. Uiteraard bedoelde Paulus niet dat Timotheüs zijn natuurlijke zoon was, maar zijn geestelijke zoon. De natuurlijke vader van Timotheüs was een Griek terwijl zijn moeder Joods was. Hij werd dus beschouwd als illegitiem vanuit de Joodse gemeenschap, en waarschijnlijk voelde hij zich ook niet volledig thuis in een Griekse cultuur.

Met andere woorden Timotheüs was een man tussen twee culturen die tegelijkertijd overal en nergens erbij hoorde. Dit was dan ook de reden waarom Paulus hem kon gebruiken in zijn missie. Hoofdzakelijk door de bediening van Paulus was het christelijk geloof, dat begon als een kleine Joodse sekte, zich aan het verspreiden onder de heidenen, de niet-Joden met een Grieks wereldbeeld en cultuur. Paulus en Timotheüs waren brugfiguren die deze boodschap van een Joodse Messias van Israël konden brengen naar een volk dat de geschiedenis en verhalen van Israël totaal niet kenden. 
Onze maatschappij vandaag is meer diverse dan ooit met verschillende culturen en wereldbeelden vertegenwoordigd in elke stad. De uitdaging van de kerk is om ons verhaal die onder ons goed gekend is te communiceren aan mensen die onze christelijke taal en wereldbeeld totaal niet begrijpen. Hiervoor heeft de kerk dringend brugfiguren nodig zoals Timotheüs. Mensen die vertrouwd zijn met meer dan één cultuur en wereldbeeld. Eigenlijk moeten deze mensen drie culturen kennen: de Vlaamse cultuur, een andere etnische cultuur, en de cultuur van het koninkrijk van God. 

Ben jij zo iemand? 

Sterven als christen

Onlangs ben ik op bezoek geweest bij iemand die op sterven lag. De woorden uit 1 Timotheus 6:7 ‘want wij hebben niets de wereld ingedragen, het is duidelijk dat wij ook niets daaruit kunnen wegdragen‘ kwamen onmiddellijk in mijn gedachten. Het is een waarheid als een koe. We vergeten het maar met onze dood eindigt bijna alles dat van ons is – materiële bezittingen, maar ook relaties (het huwelijk bijvoorbeeld). De dood is verschrikkelijk en wij hebben het met opzet uit het zicht van ons dagelijks leven verwijderd, verbannen naar ziekenhuizen en rusthuizen, zodat gezonde mensen er niet mee geconfronteerd worden.
 
Hoe moeten wij omgaan met ons eigen sterfelijkheid zonder dat we ons kop in het zand houden?
 
‘Als u nu met Christus opgewekt bent, zoek dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, Die aan de rechterhand van God zit. Bedenk de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn, want u bent gestorven en uw leven is met Christus verborgen in God.’ Kolossenzen 3:1-3
 
Het antwoord die wij vinden in de Bijbel is dat wij ergens moeten nu al onszelf beschouwen als gestorven. We moeten nu al afscheid nemen van aardse dingen die geen eeuwige waarde hebben. Bijvoorbeeld ons huis, onze carrière, onze bezittingen. Onze relaties met anderen moeten beleefd worden vanuit een eeuwig perspectief. Dit wil zeggen dat zelfs onze relatie met onze partner of onze kinderen mag niet het doel worden in ons leven want deze ook zullen in hun huidige vorm ten einde komen met ons dood. Het enige dat overblijft is onze persoonlijke relatie met God. 
 
Toen ik hierover aan het nadenken en bidden was, kreeg ik een beeld in mijn gedachten. Er waren twee voorwerpen allebei waren ze gemaakt uit twee soorten elementen: verteerbaar en onverteerbaar. De eerste voorwerp was hoofdzakelijk gemaakt uit het verteerbaar element dus toen het blootgesteld werd aan een zuur was er weinig die overbleef. De tweede voorwerp was hoofdzakelijk gemaakt uit het onverteerbaar element dus toen het blootgesteld werd aan een zuur was er veel die overbleef.
 
De twee voorwerpen zijn twee soorten christen. De eerste christen is te veel bezig met aardse dingen. Hun identiteit ligt in allerlei dingen die geen eeuwige waarde hebben. Toen het moment van sterven aankwam werd er veel verteerd en bleef er weinig over. De tweede christen is bezig met dingen die boven zijn. Hun identiteit ligt in hun relatie met God die sterk en gezond is. Wanneer het moment aankwam om te sterven werden de aardse dingen verteerd maar de verandering was kleiner omdat er nog veel overbleef.
 
De tweede christen is beter voorbereid op de dood dan de eerste christen. Je kan zelfs zeggen dat de overgang van dit leven naar de volgende minder ingrijpend is voor de tweede christen dan de eerste christen omdat er veel meer overblijft van hun identiteit en persoonlijkheid.
 
Dus wanneer we nadenken over onze sterfelijkheid moeten we ons de vraag stellen: hoeveel van mijn identiteit wordt bepaald door aardse dingen die zullen verteerd zijn, en hoeveel wordt bepaald door mijn relatie met God die de dood zal overleven?

Boodschap aan de moslims van Kortrijk

Een aantal kerkleiders van Kortrijk hebben het volgende bericht gestuurd naar de moskee van Kortrijk naar aanleiding van de solidariteitsactie met de slachtoffers van de aanslagen in Brussel:

Wij willen een duidelijk signaal geven: wij geven onze moslim-buren niet de schuld van de aanslagen. In tijden van angst hebben mensen de neiging om muren te bouwen rondom zichzelf of hun vertrouwde omgeving. Dat willen wij vermijden. Wij zien het als onze christelijke plicht de naaste lief te hebben en daar willen we actief mee bezig zijn. Met onze aanwezigheid laten we zien dat moslims onze naasten zijn.

https://depottenbakker.be/jeugdweekend-2019/,https://depottenbakker.be/weekmagazine-e001/