Taal, het wordt ons met de paplepel ingegeven.
Het is het instrument dat we gebruiken om onszelf kenbaar te maken in
onze omgeving.
Taal vervult dus onmiskenbaar een prominente plaats in ons leven.
De Bijbel omvat eveneens verhalen waarin taal als uitgangspunt wordt
genomen.
Neem nu de toren van Babel in het Oude Testament (Gen. 11:1-9).
Ooit sprak men overal op aarde één en dezelfde taal en saamhorig onder
één taal begonnen de mensen aan een enorm bouwproject.
De bouw van een toren die zou reiken tot aan de hemel. God doorzag
de arrogantie en trots van de mens en raakte de mens in de achillespees.
De saamhorigheid werd gebroken door datgeen weg te nemen dat zorgt
voor dat eenheidsgevoel, de taal. De mensen geraakten verspreid over
de uithoeken van de aarde, ieder in zijn eigen taal.
Ook in het Nieuwe Testament vinden we een passage met een essentiële
rol voor taal, zoals we kunnen lezen in Handelingen 2 met de komst van
de Heilige Geest (Han. 2:1-13).
De discipelen bevonden zich binnenskamers nadat ze Jezus naar de Vader
hadden zien terugkeren. Daar wachtten ze tot de helper zou komen, die
hen door Jezus was aangekondigd en beloofd. Onder een indrukwekkend
schouwspel vulde de woning zich met de Heilige Geest, die neerdaalde
op iedere leerling en hen vulde met Zijn aanwezigheid.
Wat was het gevolg?
Ze begonnen te spreken in vreemde talen.
Vervuld met de Geest liepen ze naar buiten en spraken de toegesnelde
gegadigden toe met het evangelie, allen werden daar aangesproken in
hun eigen taal.
Wat leren de twee Bijbelteksten ons?
• Boodschap : God hecht veel belang en waarde aan taal.
In het vervolg van Handelingen 2 verduidelijkt Simon Petrus
waarom ze in deze vreemde talen spreken, namelijk om de
boodschap, het evangelie, te verkondigen.
Aantekeningen bij de preek • Uitdragen : God had er misschien beter aan gedaan om in
Handelingen 2 terug iedereen te herenigen onder eenzelfde taal,
terug naar de tijd voor Genesis 11. Echter, dat doet God niet.
God zorgt ervoor dat de discipelen, door de Heilige Geest, vreemde
talen kunnen spreken en dat het ook zij zijn die stappen zetten.
• Eenheid : In Genesis 11 is er sprake van een eenheid die
door God wordt gebroken en zorgt voor verdeeldheid, door de
spraakverwarring. In Handelingen 2 is sprake van verdeeldheid die
door God wordt herleid tot een eenheid, door de boodschap.
Hoe kunnen we dit nu praktisch gaan toepassen in ons leven?
Dienen we te wachten tot ook wij vreemde talen spreken?
Absoluut niet. God heeft ons de Heilige Geest geschonken als helper
en nu kunnen wij actie ondernemen door het Goede Nieuws te
verkondigen in woord en met daad (Rom. 10). Gods evangelie
verkondigen klinkt beangstigend, en eerlijk, dat is het soms ook.
Volgende tips kunnen hierbij wel van dienst zijn.
• Stel jezelf eens de vraag, “welke impact heeft Jezus in jouw leven
gehad?”. God biedt ons een relatie aan en we krijgen iets wat niet
verdienen. Jezus reddingsplan voor de mens is op zichzelf uniek en
adembenemend. Een motivatie om ook andere mensen te laten
delen in Gods geweldige aanbod.
• Stel mensen vragen. De persoon in de Bijbel die de meeste vragen
stelde was Jezus zelf. Vragen zorgen voor openheid, zorgen voor
uitwisselingen van gedachten en zorgen voor dialoog. Bekijk mensen echter niet als projecten maar nog steeds als mens. Communiceer met hen, ontmoet hen.
• We moeten leren vertalers te zijn van ons geloof. Als christenen
dienen we goed te beseffen dat we een taal hanteren die voor de
buitenwereld niet gekend is. Wanneer we termen gebruiken als
‘zonde’, ‘genade’ en ‘vergeving’, dan dienen we deze woorden te
duiden.
• We moeten willen weten waar mensen hun harten zijn. Door te
weten waar mensen hun harten zijn, kunnen we gerichter relaties
met hen opbouwen en het evangelie met hen delen.
Dus laten we erop letten dat we het voorrecht hebben om een bijzondere
taal te spreken. Een taal met een duidelijke boodschap, waar we mee
kunnen uittreden en die zorgt voor eenheid. Een eenheid over de naties
heen, maar één in Jezus.
“En Hij zei tegen hen: ‘Trek heel de wereld rond en maak aan ieder
schepsel het goede nieuws bekend.’” ( Mar. 16: 15