14 juni 2020

Leespreek Vaderdag

Spreker:
Passage: Spreuken 4:1

Leespreek Vaderdag 14-06-20
Door: Jan Hostens

Tweede weekend van juni, vieren we vaderdag. Het ontstaan van Vaderdag kunnen we dateren rond 1908 in Amerika. Daar had een vrouw het idee om net als Moederdag (want die bestond toen al) een dag apart te zetten voor vaders, als dank voor het werk dat ze deden.
Nu en misschien is het nog altijd dat vaders in tegenstelling tot moeders minder betrokken zijn bij de opvoeding van de kinderen. Moeders hebben aangeboren talent om meer te zorgen en weten dikwijls beter wat er in de kinderen omgaat, hebben een natuurlijk instinct hiervoor (denk ik). Kunnen gemakkelijker praten over gevoelens.
En zo vaak beschreven zijn wij de aanwezige afwezige. We zijn er wel veel minder betrokken en om eerlijk te zijn ‘graag bezig zijn met ons eigen ding’.
De tijden veranderen, gewoontes ook, en nu vind je wel meer betrokkenheid, het wordt ons door allerlei kanalen duidelijk gemaakt. De man met de kinderen op de fiets of met de buggy. Het is niet meer weg te denken en dit is wel goed. God heeft vaders en moeders gegeven om samen betrokken te zijn en elk een deel van de opvoeding op te nemen.
Spreuken 4:1 Luister kinderen, naar de vermaning van je vader en sla er acht op om inzicht te leren kennen, want Ik geef jullie een goede les verlaat mijn onderricht niet.
Hier zien we de voorbeeldfunctie van onze vaders, onze woorden en gedrag zijn een les voor onze kinderen. Dikwijls zonder veel woorden nemen ze zowel de goede en de slechte dingen over. Hopelijk op latere leeftijd nemen ze de goeie dingen mee en laten ze achter wat niet goed was. Verwerf wijsheid, verwerf inzicht. Vers 5. Het woord van God lezen en onderwijzen en geestelijk inzicht verwerven.
Onlangs ben ik mij bewust geworden van het feit dat we bevoorrechte mensen zijn die de kennis van Gods woord mogen leren verstaan. “Die kennis” zei Jezus tegen de Schriftgeleerden “hebben ze weggesmeten” letterlijk staat er. Lucas 11 v53 ‘ Wee u Schriftgeleerden, want u hebt de sleutel van de kennis weggenomen, zelf bent u niet binnengegaan en u hebt hen die binnengingen tegengehouden.’
Het belangrijkste dat we onze kinderen kunnen meegeven is de kennis van Gods woord. Lezen met de kinderen (een werk dat 95% van de tijd mijn vrouw doet) is daarom belangrijk. En wat wij voortleven zullen onze kinderen navolgen. Als ik zie naar mensen die zich hebben ingezet voor allerlei werk binnen de kerk: vb met kampen meewerken, zich inzetten in de erediensten dan zien we dat hun kinderen navolgers zijn.
Maar terug naar de bijbel, die ons nuchter, ophelderend beeld geeft wat ons gezin kan zijn met zijn moeites en dikwijls diep verdriet.
Dus vaders, ik wil je niet afschrikken en ook geen donderpreek houden op deze Vaderdag maar jullie bemoedigen met voorbeelden uit Gods woord en wetende dat ik ook maar een mens ben met zijn zonden.
Bij het openen van de bijbel lezen we al de eerste moeilijkheden en ik bedoel niet alleen Adam en Eva, maar ook Abraham die Ismaël zijn zoon moet wegsturen (Gen 1 vers 11) of Isaak en Rebecca (Gen 25 v 28.) Isaak had Esau lief omdat hij graag wildbraad at en Rebecca had Jacob lief. Voorkeuren brengt jaloezie voort, wat we dan ook lezen bij Jacob met Jozef (Gen 37) of de zonen van Eli (Sam 2 v 12). De zonen van Eli hadden geen respect voor God en voor hem. De gevolgen bleven niet uit. Gods mannen die net als wij falen in de opvoeding vaak door eigen schuld, verwenning, gemakzucht enz. Maar ook een man naar Gods hart, koning David. Het verdriet die bij hem naar boven komt als hij op zijn sterfbed ligt, herinnert hem eraan dat alles wat hij meegemaakt heeft-grote overwinningen bejubeld en geëerd- niets opweegt tegen het verdriet dat kinderen hun ouders aandoen. En kinderen zijn dikwijls het product van hun ouders en dat beseft David maar al te goed als hij het laat optekenen. Het pijnlijke besef dat hij mede verantwoordelijk is. (II Samuël 23 vers 5) ’Maar niet alzo mijn huis bij God!’ Incest: Ammon en Tamar II Sam 13, Broedermoord: Absalom doodt Ammon. Opstand van Absalom II Sam 15, vernedering van David door Absalom, dood van zijn zoon Absalom (II Sam 19.)
Alhoewel onze zorgen niet zo geweldig zijn als bij David kunnen we onszelf beklagen en verbitterd worden.
Weet je wat bemoedigt ondanks alles, zegt David (II Sam 22 v22) ‘Ik ben van mijn God niet goddeloos afgeweken. Ik ben in die ellende God trouw gebleven en God David. Halleluja ! God is trouw
Dit is voor David allemaal een groot wonder als hij bedenkt en beseft wat hij zelf is geweest en hoe hijzelf de oorzaak was van die ellende in zijn huis.
David komt tot de conclusie dat het zo niet had moeten zijn, dat hij beseft dat de man naar Gods hart vele malen heeft gefaald. David was een man met passie om het werk van de Heer te doen maar ook om zijn begeerten te vervullen. David beseft en stelt zichzelf in vraag ‘waar komt dit allemaal vandaan?’ Want toen God Nathan stuurde met de boodschap dat het zwaard van Davids huis niet zou wijken toen hield dat verband met het overspel van Batsheba.
Kon hij daarna spreken vanuit psalm 131 v 1 Here, mijn hart is niet hovaardig, mijn ogen zijn niet trots. Hij had die les geleerd. En als David naar zijn huisgezin kijkt en met verdriet het gedrag van zijn kinderen bekijkt hoor je die klacht van David, de hartpijn van zijn eigen zonde. Het had te maken met zijn eigen zonden. Als een voorbeeld voor zijn kinderen te zijn heeft hij gefaald. Dit geldt in zekere zin ook voor ons, de één moet dieper dan de ander. Ouders die verdriet hebben (en wie kent dat niet) als ze de weg van hun kinderen zien, het onverschillig en goddeloos gedrag van onze kinderen. Wat schieten we tekort op allerlei vlak. Maar het tweede deel van het vers zegt (II Sam 23 v 5b) “heeft Hij mij toch een eeuwig verbond gesteld. In alles geordend en bewaard. Voorzeker, daarin is al mij heil en vreugde, hoewel Hij nog niet laat opkomen”.
Die overdenking van Gods genadeverbond, daarin lag David zijn vreugde en dit is genoeg.
Een genadevolle God die Zijn verbond houdt ondanks onze zonden, door Jezus Christus onze Heer! Daarom roept David ons op in het vervolg van psalm 131 vers 3 Israel (gelovige) hoop op de Here van nu aan tot in eeuwigheid.
Bemoediging (hebr. 8vs 12) “Want ik zal wat hun ongerechtigheden betreft genadig zijn en aan hun zonden en hun wetteloos gedrag BESLIST niet meer denken.” Amen

https://depottenbakker.be/Prediken/getuigenissendienst-4/,https://depottenbakker.be/Prediken/tucht-of-gemakzucht-leespreek/