Preek Gods dienaar Jesaja 53: 1-6
Jesaja 1-39 is een beeld van het OT. Jesaja 40-66 is een beeld van het NT
overgang in Jesaja 40:1 “Troost, troost Mijn volk, zal uw God zeggen.”
Boodschap van vergeving, troost, herstel en hoop: wij mogen die boodschap ook diep in ons leven laten werken én ook brengen bij anderen!
Jesaja spreekt het meest over de Messias. Ons gedeelte is de vierde profetie in de reeks over de Knecht des Heren. (Jes.42:1-7, Jes.49:1-7, Jes.50:4-11en Jes.52:13-53:12)
Welicht is deze profetie het meest bekend van het hele OT: spreekt het duidelijkst over de Messias en Zijn plaatsvervangend lijden.
in Jesaja wordt een vergelijking gemaakt tussen de bevrijding van Gods volk uit de ballingschap in Babel, en een veel grotere verlossing uit de slavernij van zonde en dood.
De Knecht van de Heer die de verlossing brengt / de Messias als een dienaar die naar Gods stem luistert en volledig Zijn wil doet.
God bewerkt zowel het willen als het WERKEN in ons ! Filip. 2: 13
Jes 53: 2a De boomstam van Isaï (vader van koning David) is omgehouwen. Maar er blijft nog een stronk over (Jes 11:1a). Maar uit de stronk zal een takje (een loot) wortelschieten = Jezus.
Vers 2 b en v 3: Gestalte of glorie had Hij niet = vernedering van de Messias (Fil. 2:8).
Vers 4: de zwakheid en ziekte waardoor we zo op de dienaar neerkeken, blijkt onze eigen zwakheid en ziekte te zijn. Jezus nam de straf voor ónze zonden op zich. Zijn lijden was geen ‘solidair’ lijden met het lijden van de mensheid, maar plaatsvervangend lijden (vers 10 een schuldoffer).
Jes 53: 5 = sleutelvers in Jesaja
Handelingen 8 :26-35